Henschotermeer

Als onderdeel van de seizoensafsluiting van de D1-trainingsgroep stond de verkiezing van de “Loper van het Jaar“ op het programma. Ik had me daar al dagen zorgen over gemaakt en terecht, zo bleek, al was het om een geheel andere reden.

Zelfs op loopvakantie op het eiland Sark spookte het vlak voor de finish van de 10 mijl door mijn kop: Op wie moet ik nu stemmen? Er geldt voor ieder van de trainingsgenoten wel iets waardoor hij/zij voor deze titel in aanmerking komt.

Op 31 mei liepen we het door Jan (de Groot) en Cora uitgezette parcours bij de St. Helenaheuvel in Doorn. Het was een prachtige omgeving en allemaal reuze gezellig, maar ik ben onderweg wel 17 keer van gedachte gewisseld over mijn stem op de “Loper van het Jaar”.
Na afloop dronken we wat op het terras van het Chalet, dat dicht bezet was met vrouwen in rood, oranje en paars. We dachten eerst dat dit het jaarlijkse uitje was van gescheiden Bhagwan-adepten die hun alimentatie wilden verbrassen. Het zat anders. Het bleek de Band Zonder Vent te zijn: “Wij zijn een actieve groep van 23 vrouwen die met veel enthousiasme een leuk stuk muziek maken in een gezellige en ontspannen sfeer. Wij treden op tijdens feesten, partijen, braderies [sic], openingsfestiviteiten en verder overal waar het gezellig is.”
O.K., de vrouwen bevestigden het dus, het was feestelijk en gezellig en oh zo ontspannen. Maar ik had verkiezingsstress.

Ik probeerde mijn probleem nog bespreekbaar te maken bij Mirjam, maar die bleek niet te weten waar ik het over had. “Verkiezingen? Echt waar? Waar stond dat dan?” Zalig zijn de onwetenden. Zij had al die dagen heerlijk geslapen omdat zij niet wist wat er van haar gevraagd zou worden.

Even leek het erop dat alles een boze droom was geweest. ’s Avonds bij de barbecue in Zandfoort aan de Eem werd er niet over verkiezingen gerept. Iedereen maakte plezier en at en dronk en dronk nog wat meer. Anita kreeg de verdiende huldiging als kundige en inspirerende trainster. We dronken nog wat en .. toen kwamen toch de stembiljetten op tafel.

Op dat moment was ik er uit.
Het zou niet Mirjam worden, hoewel zij de intermenselijke smeerolie in het gezelschap is.
Niet Richard, hoewel hij een enthousiaste webmaster is en leuke moppen vertelt.
Niet Hettie en niet René, hoewel zij helemaal teruggekomen zijn vanuit blessures.
Ook niet Cora, hoewel zij de hele groep weet op te jutten.
Niet Peter, hoewel hij met veel nonchalance de wedstrijdlopers naar de kroon steekt Noch Elly, hoewel ze met veel inzet ongemak trotseert en de mannen er regelmatig uit loopt.
Niet André, hoewel zijn sonore en wijze bespiegelingen een genot zijn om naar te luisteren.
Philip ook niet, hoewel hij de eerste keus zou zijn als knuffelatleet van de groep.
Niet Anita, ondanks dat zij heerlijk ongenuanceerd is en zich nergens wat van aantrekt. (In een kantine die vol zit met mensen die op een interessante lezing van een KNAU-goeroe wachten, heft Anita solo een knalhard “lang zal hij leven” aan voor een van de groepsleden. Een van de leukste dingen die ik afgelopen jaar heb meegemaakt.) Frans viel helaas ook af, hoewel je altijd op hem kan rekenen als coach of inval trainer of voor wat dan ook.
Ook Erik kon het niet zijn, hoewel hij van de hele groep het mooiste loopt.
Niet Rob, hoewel hij vanuit het niet mij declasseerde tijdens de Sylvestercross en er ongetraind 25 km uitperst tijdens de Eemmeerloop.
Roel valt af terwijl hij onmiskenbaar de hoogste leeftijdgecorrigeerde snelheid heeft.
Jan de Groot ook niet, hoewel hij dolt als een Ierse setter en je bij hem aan het juiste adres bent als er iets feestelijks geregeld moet worden.

Nee, de loper van het jaar, dat moet beoordeeld worden op loopprestatie. Niet de prestatie in absolute zin, want er zijn nu eenmaal mensen met veel aangeboren looptalent en dito jeugdigheid waar niet van te winnen is. Nee, de loper die voor zichzelf de meeste progressie heeft gemaakt, die moet de loper van het jaar zijn. En dat is onmiskenbaar Martijn. Dat Martijn zich ook op andere vlakken positief onderscheidt is zeker waar, maar doet niet ter zake.

Martijn zelf had het natuurlijk moeilijk met zijn keuze. Op jezelf stemmen doe je niet. Hij had zich teruggetrokken tot ver buiten ons gezichtveld om zijn briefje in te vullen en hij deed er erg lang over.
“Hé Martijn, jij bent toch journalist. Jij moet toch snel kunnen schrijven.” “Nou, in ieder geval in hele grote letters.” merkte Peter op.

Uiteindelijk was het moment van de telling aangebroken. Ik was opgelucht. De teerling was geworpen. Ik had naar eer en geweten gestemd.
Toen viel mijn naam. Daar schrok ik even van, maar er is natuurlijk altijd wel iemand die zich vergist. Er vielen gelukkig ook namen van personen die het wel verdienden. Toch werd ik steeds vaker genoemd, soms twee keer achter elkaar. Heel gênant, want er werd steeds opgelezen waarom de stem zo werd uitgebracht, en dan hoor je allerlei dingen waarvan je denkt: Nou ..?
Toen alle stemmen geteld waren, bleek ik met 6 van de 15 stemmen gekozen te zijn tot “Loper van het Jaar”. Tot mijn grote opluchting bleek de verkiezing ongeldig te zijn. Aangezien er slechts 14 stemgerechtigden aanwezig waren, moest er gefraudeerd zijn. Martijn gaf grif toe dat hij de extra tijd benut had om twee stemmen in te dienen. Hij had niet kunnen kiezen.

Mijn analyse is dat ik de verkiezing te danken heb aan plezier in hardlopen. Dat maakt waarschijnlijk dat mijn goede eigenschappen dan meer naar buiten komen dan anders. De misconceptie van mijn karakter is dus gebaseerd op een niet representatieve steekproef van mijn activiteiten. (Je zou mij eens op mijn werk moeten zien tijdens de jaarlijkse budgetteringsronde.)

Gelukkig gingen we snel over tot de orde van de dag. We schonken nog maar eens in. Als intermezzo probeerden we nog met z’n zessen vier beach-volleyballers partij te geven. Zij kwamen al snel tot de conclusie dat wij dronken moesten zijn en hielden het voor gezien. En het was niet eens zo.

Erik, Richard, Peter en ik vertrokken als eersten huiswaarts. De rest liet nieuwe flessen aanrukken. Wij fietsten heel hard. Zo hard dat wij onderweg meerdere malen geflitst werden. Toen begon het ook nog te druppelen. Wij waren net voor de onweersbui thuis.

Thuis op het toilet hoorde ik een verschrikkelijke knal. Het huis schudde. Het licht ging uit. Wanneer de bliksem inslaat in de toren van de Oude Kerk slaat bij ons de aardlekschakelaar om. Als je dat eenmaal weet en er snel bij bent, is dat zo verholpen zonder dat je allerlei apparatuur opnieuw moet instellen.
Buiten knalde en flitste het door. Hoe zou het met de “die hards” zijn? Zijn ze onderweg naar huis overvallen? Hebben ze beschutting gezocht in de plaatstalen loods? Of zijn ze zo ver heen dat ze er helemaal niets van merken?

Ik hoop van harte dat iedereen goed is thuisgekomen, want volgend jaar moeten we opnieuw verkiezingen houden. Dan doen we het anders. We maken dan 17 categorieën, zodat iedereen op zijn eigen sterke punten gekozen kan worden. Dan is iedereen de “Loper van het Jaar”. En zo is het ook. Ook dit jaar.

P.S.

Vandaag moest ik weer aan het werk. Dat viel niet mee na zo'n geslaagde loopvakantie en een super seizoensafsluiting met de trainingsgroep. Het viel nog extra tegen omdat ik pas hal zeven met de trein uit Amsterdam huiswaarts kon vertrekken. Ik moet dan overstappen in Utrecht, waar mijn aansluitende trein wegens een technisch defect uit bleek te vallen. Op het perron stond ook Fokko. Hij zag er vermoeid uit. Hij had buitenlandse gasten moeten onderhouden en miste nu op zijn thuisreis voor de tweede maal de aansluiting. Nu zou je kunnen denken: Gedeelde smart is halve smart. Maar ik dacht: Shit, Fokko, helemaal vergeten.

Ook Fokko kwam natuurlijk niet in aanmerking voor de titel 'Loper van het Jaar'. Dat is veel te beperkt. Fokko is een 'low profile' loper maar wel altijd voorin. Een soort Joop Zoetemelk van onze groep. En hij moet dus ook zoals Joop Zoetmelk gelauwerd worden voor het hoge niveau over al die jaren heen. We zijn uiteindelijk toch nog goed thuis gekomen, net als jullie na het uitje. Zij het dat wij de reis nog kunnen navertellen.