In de aanloop naar de marathon Amsterdam voelde ik mijn vorm herstellen. Door achtereenvolgens een uitputtende marathon Utrecht, hooikoorts en kinkhoestachtige hoestbuien, was die vorm maanden beneden pijl geweest. Maar nu voelde de trainingen weer goed aan en af en toe liep ik gewoon weer lekker. Ik besloot dan ook wat extra te doen, zodat ik op de halve marathon in Amsterdam mijn PR kon evenaren en misschien er zelfs iets onderduiken.
Ik hield ook mijn gewicht scherp in de gaten. Elke ochtend stapte ik op de weegschaal om te zien of de intensievere trainingen ook daarop effect hadden. Dat gewicht schommelde behoorlijk van dag tot dag. Gelukkig geeft mijn weegschaal behalve het gewicht ook het vetpercentage aan. Als je daarmee de kilo's vet uitrekent, dan zie je een veel stabieler beeld. Logisch natuurlijk, want de fluctuaties in gewicht worden voornamelijk bepaald door de hoeveelheid vocht. Een kilo vet ben je niet kwijt van de ene dag op de ander. Een liter vocht wel.
Het resultaat was verbazend. Afgezien van de fluctuaties daalde mijn gewicht en mijn vetpercentage gestadig. En dat alles door iets meer fruit te eten, iets minder chips en wat langere duurlopen.
Mijn vrouw vond het niet helemaal pluis. Als je in dit tempo gewicht verliest zonder een duidelijke oorzaak, moet je je zorgen maken. Maar er was wel een oorzaak, toch?
De week voor de ½ marathon moest ik op cursus Six Sigma. Dat is een methode om op een gekwantificeerde manier verbeteringen aan te brengen in routinematige processen. Een belangrijk onderdeel van die methode is de statistische analyse. Ik kon met deze kennis door regressie analyse vaststellen dat ik per dag ongeveer 90 gram vet verloor en dat dit voor 95% verklaard werd door het verstrijken van (trainings)dagen. Dat is fors, maar de berekeningen klopten echt helemaal. Bovendien vond ik dat het toch ook wel te zien was dat ik magerder werd.
|
Voor die cursus zat ik de hele week in een hotel in IJmuiden. Ik vond het jammer dat ik het een paar dagen zonder mijn weegschaal moest stellen. Dat ging een flinke discontinuïteit opleveren in mijn metingen. Bovendien was er alle reden om de consequenties van 4 keer per dag uitgebreid eten te volgen. De twee trainingen die ik 's ochtends op het strand liep (IJmuiden - Zandvoort en vice versa) waren vast niet voldoende om dat te verstoken.
De zaterdag na de cursus en voor de wedstrijd stond ik thuis weer op de weegschaal. Tot mijn verbazing en tevredenheid zag ik dat de trend zich keurig had doorgezet. Dit beeld werd zondagochtend nog eens bevestigd. Ik begon dus vol vertrouwen aan de 21,1 km en liep vrij gemakkelijk een nieuw PR (1:44:57).
Ik ben altijd heel benieuwd wat ik de dag na een wedstrijd weeg. Ik verlies vaak veel vocht en dat is de volgende dag niet altijd weer op pijl. Dit keer had de weegschaal het er moeilijk mee. De cijfers die aanvankelijk in het venster verschenen vervaagden voordat ze stabiel werden en verdwenen vervolgens helemaal. De tweede en derde keer dat ik het probeerde gebeurde hetzelfde. Het hielp niet dat ik het apparaat eerst flink schudde en vervolgens uitschold. Het was waarschijnlijk toch een kwestie van nieuwe batterijen.
Nu moesten er 2 flinke platte cellen (CR2430) in die ik niet op voorraad had. Er gingen een paar dagen overheen voordat ik de weegschaal van nieuwe energie kon voorzien. Toen deed hij het weer prima. D.w.z. mooie duidelijke cijfers in de display en ..... ik was weer even zwaar als weken geleden, toen ik met wegen was begonnen.
Het hele vermageringsproces blijkt eigenlijk een proces van afnemende batterijspanning geweest te zijn. En ik had op de cursus nog wel zo goed geleerd nooit zomaar op meetapparatuur te vertrouwen. Een gauge R&R was zeker op z'n plaats geweest.
Qua vet betreft ben ik dus weer terug bij af, maar dat PR is toch maar mooi in de pocket.