Naar aanleiding van het postscriptum bij mijn artikeltje over het woord 'pinnen' is mij gevraagd wat er zo sneu is aan de term 'digibeet'. Het is echter niet zo zeer de term 'digibeet' die sneu is, maar de combinatie van die term, die een denkfout bevat, en iemand die voor intelligent doorgaat en deze term bewust introduceert.
Degene die de term introduceerde was Maurice de Hond. Ik kan me het nog goed herinneren dat hij deze als eerste op de televisie gebruikte. In die tijd werd hij over van alles en nog wat om zijn mening gevraagd, maar in dit geval had hij er geloof ik zelfs een boek over geschreven.
De denkfout die erin zit, is de foutieve analogie met analfabeet. Een analfabeet is een persoon die het alfabet niet machtig is. De term bestaat uit de ontkenning 'a', die hier omdat de volgende letter een klinker is de tussenklank 'n' krijgt, en de benoeming van de eigenschap 'alfabe(e)t'. Vergelijk bijvoorbeeld met 'asociaal' en 'anorganisch'. Iemand die niet met computers om kan gaan zou volgens een correcte analogie 'adigitaal' zijn. 'Digibeet' is dus op twee manieren fout, waarvan de belangrijkste is dat die ontkenning er niet in zit. Eigenlijk betekent het woord dus juist het tegengestelde van hetgeen ermee wordt bedoeld en het is erg sneu dat Maurice de Hond dat niet besefte. Vervolgens is het natuurlijk curieus dat het publiek die term zonder meer overneemt.
Maar waar helemaal mijn schoenen van uitvallen, is dat er er lexicografen zijn die niets wonderlijks aan dit neologisme zien. Zie: www.etymologiebank.nl/trefwoord/digibeet.
P.S. 18-11-16
De term digibeet blijkt niet alleen ingeburgerd, maar zijn constructie blijkt ook nog eens productief. In het tv-programma 'De wereld draait door' op 17-11-16 verklaarde Hanneke Groenteman tijdens een gesprek over de saxofonist John Coltrane een "jazz-o-beet" te zijn.